zaterdag 8 april 2017

Authenticiteit en identiteit als zelfbedrog?

Authenticiteit en identiteit, het verlangen om uniek te zijn in alle vrijheid, dat hebben we allemaal.  Maar de vraag is bedriegen we onszelf niet. Erich Fromm beschreef het in zijn boek ‘Angst voor Vrijheid’: vrijheid is zelfbedrog. Mensen kunnen op twee manieren reageren op vrijheid. Ten eerste kan hij/zij kan zich met anderen verbinden. Of -de tweede mogelijkheid- hij/zij voelt zich alleen en angstig en dan onderwerpt men zich aan anderen. Tot nu toe komt deze tweede manier veel voor. De ontwikkeling van de mens tot individu noemt hij individuatie wat tot vrijheid leidt door het maken van verbindingen met de ander en creativiteit stimuleert. Belangrijke hartstochten en neigingen van de mens spruiten voort uit de volledige existentie van de mens en het onderdrukken daarvan leidt tot psychopathie, ongeluk en blijvende angst.  Daarom is zelfzorg belangrijk in de vorm van zelfinzicht. Maar het proces van individuatie is een tragisch gebeuren. In ‘L’existentialisme est un humanisme’ trad Jean Paul Sartre hem bij waarbij hij wees op het feit dat de mens tot de vrijheid veroordeeld is en derhalve van die vrijheid verlost wil worden door te geloven. Daarom geeft de mens zich over aan denkbeelden die het hem aldus ‘houvast’ bieden. Het zijn ideeën die recent ook de neuropsychologie worden bevestigd.  Onder ander Prof. Dr. De Ridder van de UA deed daar uitvoerig onderzoek naartoe waarbij hij ervan uitgaat dat God (geloven) eerder een intern – dan een extern gegeven is. Geloven begrijp ik dit artikel in brede zin, zoals geloven in religie, politieke ideologieën, de wetenschap, levensbeschouwingen en noem maar op.




Vrijheid is met andere woorden een paradox die hand in hand gaat met autoritarisme, destructivisme en conformisme. De mens zit voortdurend geklemd tussen zijn hang naar meer vrijheid en de vlucht voor diezelfde vrijheid. Die vlucht uit zich in de vrijwillige onderwerping aan fundamentalistische religies en aan politieke (totalitaire) ideologieën, in de neiging tot zinloos geweld, en in de maatschappelijke aandrift tot sociale aanpassing en maatschappelijk conformisme. Erich Fromm beklemtoont ook de schijnvrijheid die vele mensen hebben. In werkelijkheid onderwerpen ze zich aan anonieme autoriteiten zoals de ‘publieke opinie, de klassfeer, geloofsdruk’, het ‘gezond verstand’ en de ‘zwijgende meerderheid’, die juist zo machtig zijn wegens de grote bereidheid van de mens om te beantwoorden aan de verwachtingen die anderen van ons hebben, en onze even grote angst anders dan die anderen te zijn. Deze anonieme autoriteit is vandaag doeltreffender dan een openlijk gezag, omdat niemand vermoedt dat er een bevel in het geding is waaraan men zou moeten gehoorzamen. Hier ligt mij het probleem van de het liberalisme (zie artikel Draait liberalisme om diversiteit of om autonomie ?, op deze blog).

Erich Fromm ziet drie verschillende verdedigingsmechanismen (autoritarisme, destructivisme en automatisch conformisme), die de mens gebruikt om zijn vrijheid en verantwoordelijkheid te ontlopen en waar hij zijn zelfbehoud in wel manifesteren. In elk van deze verdedigingsmechanismen doet de mens afstand van het recht op handhaving van een eigen mening, eigen belangen en eigen geluk. Hij projecteer met ander woorden zijn energie op de groep Het eerste is autoritarisme of de neiging om de onafhankelijkheid van het eigen zelf op te geven en dat te doen samensmelten met iemand of iets buiten de eigen persoon teneinde zich de kracht te verschaffen die men zelf mist. De mens wordt de indruk gegeven dat hij alleen geluk zal kennen als hij zich onderwerpt aan deze krachten. In feite beschrijven we hier het conservatisme als een tegenpool van het liberalisme. Het is een trend die volop in de politieke bewegingen bezig is. De verschuivingen naar rechtse politiek accentueert, het zelfbehoud en het conservatisme. De toename aan autoritaire politiek bewegingen kent voor deels daarom zijn succes.  Een tweede vluchtweg is het destructivisme of het gevoel van de eigen machteloosheid tegenover de wereld buiten zichzelf door deze te verwoesten. Deze drift zou voortvloeien uit de individuele en sociale omstandigheden die het leven onderdrukken. Het gebrek aan erkenning voor de eigen situatie door het steeds geïnterpreteerd worden in plaats van ‘verstaan’ te worden (zie artikel blog: Gadamer van interpreteren naar verstaan: een toegevoegde waarde in de dadertherapie) te worden. Het verlaten van het subjectivisme door objectivisme maakt daar deel van uit. Net zoals de invloed van het neoliberalisme. Niet alle psychopathieën uiten zich in een depressie, maar ook in agressie  als er geen middel zijn of vaardigheden zijn tot constructivisme. Dat deze destructiviteit  zich uit individueel en collectief is niet nieuw, zie maar het fascisme, nazisme en nu onder andere ISIS. Destructiviteit is slechts een alternatief voor het creatieve.
Tenslotte is er de meest voorkomende vluchtweg, namelijk het automatisch conformisme. Daarbij houdt het individu op zichzelf te zijn. Hij neemt volledig de persoonlijkheidsvorm aan die hem door zijn culturele omgeving wordt aangeboden en waardoor hij gaat gelijken op datgene wat anderen van hem verwachten. Het is en trend merkbaar op de arbeidsmarkt, in het onderwijs, politiek partijen enzovoort. De kritische andere mag er zijn tot die kritische ander zich uitspreekt recent zien we het nog gebeuren bij de diversiteitsambtenaar en de advocate van UNIA.  Dan wordt hij/zij voor die cultuur, context een zondebonk, de rebel of het zwarte schaap met alle gevolgen vandoen. De normering zorgt voor wat gepast of niet gepast is, maar wie bepaalt de normering? En zijn degenen die het bepalen daartoe wel in staat? U leest het goed, het is een kwestie van context en tijd en vandaag ook de media. Waarbij we de vraag kunnen stellen wie bepaalt de agenda van de media?

De machteloosheid die de mens ervaart kan ertoe leiden dat hij zijn vrijheid inruilt voor ‘de bereidheid om iedere ideologie en iedere leider te aanvaarden, als hij maar opwinding belooft en een politieke structuur en symbolen biedt die het individuele leven geveinsde zin en orde geven.  Deze omschrijving lijkt me perfect van toepassing op het succes van rechtse politieke partijen in Europa. Hun succes is er net een gevolg van dat heel wat mensen zich in onze samenleving onmachtig voelen omdat traditionele politici niet naar hen willen luisteren.  Degene die het toch aandurft wordt een zonderling een enkeling, een zondebok, het zwarte schaap of de rebel een vluchteling een psychiatrisch patiënt enzovoort.  Want wie zich niet normeert aan de groep hangt er maar wat aan of staat ernaast en wordt uitgesloten. Dat zien bijvoorbeeld ook meermaals terug in de klas, waar leerlingen zich aansluiten bij anderen opzoek naar erkenning en bevestiging. Group pressure leidt dan ook geregeld naar absurditeiten en stress bij bepaalde leerlingen met de gevolgen vandoen. Zo lezen we geregeld over tieners in de US die hun medeleerlingen te lijf gaan mat machinegeweren, hoe leerlingen zelfmoorpogingen ondernemen enzovoort.

Zelfinzicht, dialoog, verbinden en altruïsme moet leiden naar constructieve relaties maar de vraag is laat deze samenleving het wel nog toe…zolang een economisme als ideologie heerst en de wil tot macht overheerst lijken we gedoemd in de oneigenlijkheid van het bestaan te blijven hangen.




Fifa de neoliberale machine

"FiFA functioneert als een neoliberale machtsstructuur waarin economische winst primeert en mensenrechten worden gereduceer...