vrijdag 31 januari 2025

Waarom de mens voor autoritaire leiders kiest

Het fenomeen waarbij mensen perverse, autoritaire of zelfs destructieve leiders kiezen, is complex en wordt beïnvloed door psychologische, sociale, en politieke factoren. Dit gedrag lijkt in tegenspraak met rationele keuzes, maar kan verklaard worden door een combinatie van onzekerheid, manipulatie, en menselijke neigingen. Hier volgt  een analyse


De psychologische factoren.

1. Angst en onzekerheid
In tijden van crisis of onzekerheid zoeken mensen vaak naar leiders die sterke, eenvoudige oplossingen bieden. Autoritaire leiders presenteren zichzelf als redders die orde en stabiliteit kunnen herstellen, zelfs als dit ten koste gaat van vrijheid en democratische waarden. Angst versterkt de behoefte aan duidelijke richtlijnen en controle, wat autoritaire figuren aantrekkelijk maakt.

2. De aantrekkingskracht van kracht

Mensen voelen zich vaak aangetrokken tot leiders die zelfvertrouwen, macht en autoriteit uitstralen, ook al zijn deze kenmerken soms pervers of destructief. Dit kan voortkomen uit een diepgeworteld verlangen naar bescherming of een bewondering voor kracht.
Leiders die zich opstellen als "sterke mannen" worden vaak gezien als degenen die tegenstand kunnen bieden aan bedreigingen, of deze nu reëel of ingebeeld zijn.

3. Cognitieve biases

Confirmation bias: Mensen geloven wat ze willen geloven, zelfs als er bewijs is dat een leider ongeschikt is. Halo-effect: Een sterke uitstraling of charisma kan andere negatieve eigenschappen overschaduwen.

Sociale factoren.

1. Groepsdynamiek en conformiteit
Sociale druk en groepsdenken kunnen mensen ertoe brengen om autoritaire leiders te ondersteunen, zelfs als ze individueel twijfels hebben. De angst om buiten de groep te vallen speelt hierbij een rol.
Populistische leiders appelleren vaak aan een gedeeld gevoel van identiteit ("wij tegen zij"), wat solidariteit binnen een groep versterkt en kritiek ontmoedigt.

2. Culturele factoren
In samenlevingen waar hiërarchie en autoriteit worden gerespecteerd, worden autoritaire leiders eerder geaccepteerd. Dit is vaak gekoppeld aan traditionele waarden, religieuze overtuigingen, of historische ervaringen. Trauma's uit het verleden, zoals oorlogen of economische crises, kunnen een samenleving vatbaar maken voor het verlangen naar krachtige leiding.

De politieke factoren

1. Manipulatie en propaganda
Autoritaire leiders gebruiken vaak manipulatieve technieken zoals desinformatie, censuur en populistische retoriek om hun macht te consolideren. Ze appelleren aan emoties zoals angst, boosheid en trots, terwijl ze complexe problemen simplificeren. Door tegenstanders te demoniseren en de waarheid te vervormen, presenteren ze zichzelf als de enige redelijke keuze.

2. Onvrede met het systeem
Wanneer democratische instellingen falen of corrupt lijken, zoeken mensen naar alternatieven. Autoritaire leiders spelen vaak in op gevoelens van frustratie en wanhoop over de status. Autoritaire leiders presenteren zichzelf vaak als buitenstaanders of vernieuwers die het corrupte establishment zullen "opruimen." Dit appelleert aan mensen die teleurgesteld zijn in traditionele politieke partijen of leiders. Ze bieden eenvoudige, vaak radicale oplossingen die aantrekkelijk lijken in een systeem dat als traag of ineffectief wordt ervaren.

3. Polarisatie en verdeeldheid
In verdeelde samenlevingen kan een autoritaire leider inspelen op de spanningen tussen groepen en zich voordoen als de enige persoon die "orde" kan herstellen.Door een vijandbeeld te creëren (bijvoorbeeld een etnische, religieuze of politieke minderheid), positioneren ze zichzelf als de verdediger van "het volk."

4. Gebrek aan alternatieven
Soms ontbreekt het aan charismatische of effectieve tegenkandidaten, waardoor mensen kiezen voor een autoritaire leider omdat er geen overtuigend alternatief lijkt te zijn. In sommige gevallen worden democratische processen gemanipuleerd, waardoor mensen weinig echte keuze hebben.

Historische voorbeelden
Adolf Hitler (Duitsland): Gekozen in een tijd van economische en politieke crisis, speelde hij in op nationale trots en het herstel van orde na de chaos van de Weimarrepubliek.

Donald Trump (Verenigde Staten): Appelleerde aan ontevredenheid over de politieke elite, economische onzekerheid, en gevoelens van culturele vervreemding.

Vladimir Poetin (Rusland): Positioneerde zich als de redder van Rusland na de instabiliteit van de jaren '90 en versterkte zijn populariteit door sterke propaganda en nationalistische retoriek.

Gevolgen van het kiezen van perverse en autoritaire leiders

1. Beperking van vrijheden
Autoritaire leiders tasten vaak burgerlijke vrijheden aan, zoals vrijheid van meningsuiting, pers en vergadering.
Ze gebruiken wetten en beleid om oppositie te onderdrukken en hun macht te consolideren.

2. Polarisatie en sociale spanningen
Autoritaire leiders versterken vaak verdeeldheid binnen samenlevingen door groepen tegen elkaar op te zetten.
Dit kan leiden tot escalatie van conflicten en zelfs geweld.

3. Economische schade
Corruptie en wanbeheer komen vaak voor onder autoritaire regimes, wat de economie op lange termijn schaadt.
Ongelijkheid wordt vaak versterkt, terwijl middelen naar een kleine elite worden gekanaliseerd.

4. Verlies van democratische waarden
Instellingen zoals onafhankelijke rechtssystemen en vrije media worden vaak uitgehold, waardoor het moeilijker wordt om terug te keren naar een gezonde democratie.

Waarom blijven mensen dergelijke leiders steunen?

1. Cognitieve dissonantie: Mensen hebben moeite om toe te geven dat hun keuze een vergissing was, zelfs als de negatieve gevolgen zichtbaar worden.

2. Angst voor verandering: Zelfs als de situatie verslechtert, kan de angst voor onzekerheid ervoor zorgen dat mensen vasthouden aan een leider die ze al kennen.

3. Effectieve propaganda: Autoritaire leiders blijven vaak populair door successen (echte of verzonnen) te benadrukken en te blijven inspelen op angst en trots.

Hoe kunnen we  dit worden voorkomen?

1. Onderwijs en bewustwording
Investeren in onderwijs dat kritisch denken, mediawijsheid en democratische waarden bevordert. Mensen bewust maken van de manipulatieve tactieken van autoritaire leiders.

2. Sterke democratische instellingen
Onafhankelijke rechtssystemen, vrije pers en transparant bestuur zijn cruciaal om autoritaire tendensen tegen te gaan. Het versterken van checks-and-balances om machtsmisbruik te voorkomen.

3. Sociale en economische rechtvaardigheid
Ongelijkheid en onvrede verminderen door inclusieve economische en sociale beleidsmaatregelen. Mensen betrekken bij besluitvorming om gevoelens van machteloosheid te verminderen.

4. Bewust omgaan met polarisatie
Het creëren van dialoog en samenwerking tussen verschillende groepen in de samenleving.Politici die bruggen bouwen in plaats van verdeeldheid zaaien, kunnen een alternatief bieden voor autoritaire leiders.
Het kiezen van perverse en autoritaire leiders is vaak een symptoom van bredere maatschappelijke problemen. Door deze onderliggende oorzaken aan te pakken, kan de aantrekkingskracht van dergelijke leiders worden verminderd. Niettegenstaande toont dit fenomeen het vele zelfbedrog van het systeem en de kiezer. 



De politiek als een bedrijf en leugen

Politiek is in veel opzichten een bedrijf geworden omdat moderne verkiezingen en beleidsvorming sterk afhankelijk zijn van marketing, financiën en belangenbehartiging. Hier noemen een paar redenen waarom dit is gebeurd en waarom het leidt tot leugens en valse beloftes.


Ten eerst de commerciële verkiezingscampagnes. Politieke partijen opereren als merken en gebruiken marketingtechnieken om stemmen te winnen. Dit betekent dat beleid vaak wordt gepresenteerd op een manier die aantrekkelijk is voor kiezers, zelfs als de realiteit anders uitpakt.

Ten tweede de nvloed van geld en lobbygroepen. Grote bedrijven en belangengroepen investeren miljoenen in campagnes en lobbywerk. Politici worden daardoor afhankelijk van deze financiers, wat kan leiden tot beleid dat eerder economische belangen dient dan het algemeen belang.

Ten derde het mediagebruik en manipulatie. 
Politici maken strategisch gebruik van media om hun boodschap te sturen, vaak met slogans en soundbites die goed klinken maar weinig inhoud hebben. Dit leidt tot simplificatie en verdraaiing van de waarheid en natuurlijk een wij zij discours. Dit alles in het nadeel van verbinding. 

Ten vierde wijzen we op het korte termijn denken.  Omdat verkiezingen elke paar jaar plaatsvinden, richten politici zich vooral op wat hen op korte termijn populair maakt, in plaats van lange termijn oplossingen. Dit resulteert in beloften die in de praktijk niet waargemaakt kunnen worden.

Ten vijfde is er de polarisatie en populisme.
Om stemmen te winnen, spelen sommige politici in op emoties en creëren ze een “wij versus zij”-dynamiek. Dit leidt tot het verspreiden van halve waarheden of zelfs regelrechte leugens om tegenstanders zwart te maken. Ethiek speelt weinig rol.

Last but not least het verlies van ideologische principes. Vroeger waren partijen vaak gebaseerd op duidelijke ideologieën, maar tegenwoordig zijn veel partijen pragmatischer en opportunistischer. Ze veranderen standpunten afhankelijk van wat het meest populair is.windmolen politiek waar post truth een vast plaats heeft gekregen. 

Kortom. 
Dit alles maakt dat politiek steeds meer lijkt op een bedrijf dat producten (beloften) verkoopt, maar waar de ‘consument’ (de kiezer) na de aankoop vaak teleurgesteld achterblijft. Al moet gezegd worden dat de kiezer hiervoor deels medeverantwoordelijk is. 

zaterdag 18 januari 2025

Waarom de Verlichting struikelde en de nativiteit van het vooruitgangsoptimisme

 


De Verlichting wordt vaak geprezen als een periode waarin de rede, wetenschap en universele waarden centraal stonden. Het bracht grote vooruitgang in wetenschap, technologie en filosofie, maar zoals de titel suggereert, zijn er ook tekortkomingen en teleurstellingen verbonden aan de erfenis van de Verlichting. Hieronder bespreek ik waarom men kan stellen dat de Verlichting "faalde" en wat dit zegt over het vooruitgangsoptimisme.

1. De beperkingen van rationaliteit

De Verlichting plaatste rede en wetenschap boven traditie en religie, maar deze focus op rationaliteit bleek niet altijd toereikend. De menselijke ervaring omvat emotie, intuïtie en sociale dynamiek die niet volledig rationeel zijn. Door te vertrouwen op rationaliteit als de ultieme maatstaf, onderschatte de Verlichting vaak de complexiteit van menselijke natuur en cultuur. Dit beperkte de toepasbaarheid van haar idealen in de praktijk

2. De mythe van universele vooruitgang

De vooruitgangsoptimisten van de Verlichting geloofden dat de mensheid onafgebroken op weg was naar een betere toekomst door wetenschap en technologie. Dit optimisme negeerde echter de ongelijkheden en machtsstructuren die werden versterkt door kolonialisme, kapitalisme en imperialisme. Technologie en kennis werden vaak gebruikt om bestaande ongelijkheden te verergeren in plaats van op te heffen.

3. Kolonialisme en eurocentrisme

Hoewel de Verlichting werd gepresenteerd als een universele beweging, waren haar idealen sterk eurocentrisch. Denkers zoals Immanuel Kant en Voltaire hadden vaak racistische en kolonialistische ideeën. De vooruitgang die Europa genoot, ging vaak ten koste van gekoloniseerde volken en hun culturen. De universele idealen van vrijheid en gelijkheid golden in de praktijk vaak alleen voor een beperkte groep.

4. De paradox van wetenschap en ethiek

Wetenschappelijke vooruitgang heeft onmiskenbare voordelen gebracht, maar ook wapens van massavernietiging, ecologische vernietiging en technologieën die sociale controle mogelijk maken. Dit roept vragen op over de ethische begeleiding van wetenschap, iets waar de Verlichting weinig rekening mee hield. Het geloof in de morele neutraliteit van wetenschap bleek een zwak punt.

5. De schaduwzijde van secularisatie

De Verlichting zette religie opzij als irrationeel en archaïsch, maar religie vervulde ook sociale en emotionele behoeften. Het wegvallen van traditionele religieuze structuren liet een vacuüm achter dat niet altijd kon worden opgevuld door wetenschap of politiek. Dit leidde soms tot vervreemding en nihilisme in moderne samenlevingen.

6. De terugslag van utopisme

Het geloof in de maakbaarheid van de samenleving leidde in de 19e en 20e eeuw tot politieke utopieën, zoals het communisme en fascisme. Deze bewegingen, die voortkwamen uit verlichtingstradities, werden vaak gewelddadig en destructief, wat het idee van rationele vooruitgang ondermijnde.

 

Pinker



Een van de erkende vooruitgangsoptimisme is Steven Pinker. Hij  is een prominent cognitief wetenschapper en publicist, staat bekend om zijn optimistische kijk op de vooruitgang van de mensheid. In zijn boeken zoals The Better Angels of Our Nature en Enlightenment Now betoogt hij dat het geweld afneemt en dat vooruitgang in wetenschap, technologie en sociale rechtvaardigheid ons leven steeds beter maakt. Hoewel zijn werk invloedrijk is, zijn er ook kritieken die wijzen op denkfouten in zijn redeneringen. Ik noem hieronder enkele van de veelvoorkomende punten van kritiek op.

Ten eerste:  Cherry-picking van data

Pinker gebruikt vaak statistieken om te bewijzen dat de wereld beter wordt. Critici beweren echter dat hij selectief data kiest die zijn narratief ondersteunen, terwijl hij ongemakkelijke tegenvoorbeelden negeert. Hij benadrukt de daling van oorlogsslachtoffers sinds de Tweede Wereldoorlog, maar negeert conflicten zoals de Syrische burgeroorlog of systematische repressie die geen directe doden veroorzaakt maar grote humanitaire kosten met zich meebrengt.Milieucrises, zoals klimaatverandering en biodiversiteitsverlies, worden soms gebagatelliseerd in zijn werk, omdat ze niet goed in zijn optimistische verhaal passen. 

Ten tweede: Simplistisch vooruitgangsbegrip

Pinker definieert vooruitgang vaak in termen van economische groei, technologische ontwikkeling en een daling van geweld. Dit perspectief negeert kwalitatieve factoren, zoals vervreemding, mentale gezondheid, en culturele diversiteit, die niet eenvoudig in statistieken kunnen worden gevangen. Dit kan leiden tot een te simplistische voorstelling van vooruitgang, waarbij complexe, onderling verbonden problemen, zoals sociale ongelijkheid en ecologische rampen, worden onderschat.

Ten derde: Technologisch determinisme

Pinker heeft de neiging om technologie en wetenschap als bijna automatisch bevorderlijk te beschouwen voor menselijk welzijn. De kritieken hierop zijn enerzijds dat hij de ethische, politieke en sociale kwesties onderschat die gepaard gaan met technologische vooruitgang, zoals de concentratie van macht in techbedrijven, surveillancekapitalisme en de geopolitieke implicaties van nieuwe technologieën. De macht van de techbedrijven toont zich nu expliciet in de politieke strijd in de USA met de herverkiezing van Trump en de openbare bemoienissen en invloed van de techbonzen.  Met andere woorden Zzjn vertrouwen in technologie lijkt soms naïef, vooral als het gaat om oplossingen voor existentiële en ethische bedreigingen zoals klimaatverandering en legitieme macht en gezag.

Ten vierde: Verwaarlozing van structureel onrecht

Pinker focust sterk op dalende armoedecijfers en stijgende levensverwachting, maar critici wijzen erop dat hij structurele ongelijkheid en systemische uitbuiting onvoldoende aandacht geeft. Hij benadrukt bijvoorbeeld dat extreme armoede wereldwijd afneemt, maar laat vaak buiten beschouwing dat veel van deze vooruitgang sterk ongelijk verdeeld is en vaak gepaard gaat met uitbuiting in het mondiale kapitalistische systeem. Sociale ongelijkheden binnen landen worden vaak onderbelicht in zijn analyses.

Ten vijfde: Onvoldoende erkenning van activisme

Pinker schrijft veel van de vooruitgang in mensenrechten, gendergelijkheid en andere sociale kwesties toe aan de Verlichtingswaarden van rede en wetenschap. Critici betogen echter dat activisme, grassroots-bewegingen en sociale strijd een cruciale rol hebben gespeeld in deze vooruitgang, vaak ondanks weerstand van gevestigde instellingen die Pinker bewondert. Zijn kijk op de Verlichting soms een ahistorische en romantische simplificatie is die de conflicten en hypocrisieën binnen de Verlichtingsgeschiedenis negeert.

Ten zesde:  Overmatig vertrouwen in lineaire vooruitgang

Pinker lijkt uit te gaan van een lineair vooruitgangsmodel, waarbij de wereld steeds beter wordt naarmate de tijd verstrijkt. Dit negeert echter  de  mogelijkheid van achteruitgang of crises die eerdere vooruitgang tenietdoen, zoals politieke polarisatie, de opkomst van autoritaire regimes, en de verslechtering van democratische instellingen. En meer reent de conflicten in Oekraïne- Rusland en Israël en Palestina en bijvoorbeeld ook de moderne slavernij. Historische lessen die aantonen dat vooruitgang vaak cyclisch of fragiel is, afhankelijk van sociale en economische omstandigheden.

Laatste kritiek: Gebrek aan intersectionele analyse

Pinker benadert maatschappelijke problemen vaak vanuit een macroperspectief, waardoor hij de ervaringen van specifieke groepen mensen mist. Zijn statistieken over afnemend geweld houden geen rekening met de disproportionele impact van geweld op kwetsbare groepen, zoals vrouwen, etnische minderheden en LGBTQ+-gemeenschappen. Zijn optimisme wordt vaak bekritiseerd als blind voor de dagelijkse realiteit van miljoenen mensen die nog steeds worstelen met armoede, discriminatie en onderdrukking.

Het begrip optimisme in het voorgangsoptimisme  kan leiden tot  een vorm van zelfbedrog, vooral wanneer het de realiteit negeert of vereenvoudigt zoals Pinker soms doet. Dit betekent niet dat optimisme inherent verkeerd is, maar het wordt problematisch als het blindheid voor uitdagingen of risico's bevordert. Er is het nadeel van selectieve perceptie, ontkenning van risico’s, de overdreven geloof in controle en de daarbij ontspringende zelfingenomenheid die we bij sommige vooruitgangsoptimisten zoals een Maarten Boudry en de Eco-modernisten kunnen lezen en hun houding ten opzichte van andersdenkenden. Het blinde geloof in positivisme en sciëntisme is ook een geloof.

Conclusie

De Verlichting faalde niet volledig, maar haar onrealistische optimisme en universele claims lieten weinig ruimte voor nuance en zelfkritiek. De lessen van de 20e eeuw—met wereldoorlogen, genocides en ecologische crises—hebben aangetoond dat vooruitgang niet lineair of gegarandeerd is. De erfenis van de Verlichting moet worden herzien, niet als een mislukking, maar als een onvoltooid project dat voortdurende reflectie en aanpassing vereist.

En terwijl Steven Pinker een belangrijke bijdrage levert aan het debat over vooruitgang, schuilt de kern van de kritiek in zijn neiging tot simplificatie en optimisme, wat soms leidt tot denkfouten zoals cherry-picking en overschatting van de rol van technologie en wetenschap. Zijn werk biedt waardevolle inzichten, maar het is belangrijk om het kritisch te benaderen en het te zien als een deel van een breder en complexer verhaal over menselijke vooruitgang.

 

 

donderdag 16 januari 2025

de noodzaak van een autoritarieve aanpak

De autoritatieve aanpak in onderwijs, ook wel bekend als de democratische of ondersteunende aanpak, is een pedagogische stijl die gekenmerkt wordt door een balans tussen hoge verwachtingen en empathie. Het is gebaseerd op het idee dat leerlingen het best gedijen in een gestructureerde omgeving waarin duidelijke regels en grenzen worden gecombineerd met respect, betrokkenheid en ondersteuning.




Kenmerken van de autoritatieve aanpak

1. Hoge verwachtingen: Leraren stellen duidelijke doelen en houden leerlingen verantwoordelijk voor hun gedrag en prestaties.

2. Structuur en regels: Er zijn consistente en eerlijke regels die leerlingen helpen begrijpen wat er van hen wordt verwacht.

3. Betrokkenheid en empathie: Leraren tonen warmte, begrip en respect voor de gevoelens en behoeften van leerlingen.

4. Autonomie-ondersteuning: Leerlingen krijgen de ruimte om eigen keuzes te maken en hun mening te uiten binnen de grenzen van het klaslokaal.

5. Communicatie: Er is een open dialoog tussen leraar en leerling, waarbij feedback en wederzijds respect centraal staan.

6. Positieve discipline: Corrigerend gedrag is gericht op leren en groei in plaats van straf.

Wat zijn de effecten van de autoritatieve aanpak

De autoritatieve aanpak wordt vaak als de meest effectieve onderwijsmethode beschouwd vanwege de volgende voordelen:

A) Verbeterde academische prestaties: Door hoge verwachtingen en ondersteuning voelen leerlingen zich gemotiveerd om hun best te doen.

B) Betere sociale vaardigheden: Leerlingen ontwikkelen respect voor anderen, leren communiceren en samenwerken.

C) Emotioneel welzijn: Leerlingen voelen zich gehoord en gewaardeerd, wat bijdraagt aan een positieve zelfwaardering.

D) Zelfdiscipline: Door duidelijke structuren en ruimte voor autonomie leren leerlingen verantwoordelijkheid te nemen voor hun gedrag.

Hoe de autoritatieve aanpak toepassen?

1. Creëer een veilige en ondersteunende leeromgeving: Zorg ervoor dat leerlingen zich op hun gemak voelen om vragen te stellen en fouten te maken.

2. Stel duidelijke verwachtingen: Maak regels en doelen helder, en leg uit waarom ze belangrijk zijn.

3. Toon respect en empathie: Luister naar leerlingen, erken hun emoties en bied steun wanneer ze het moeilijk hebben.

4. Wees consistent: Handhaaf regels en consequenties op een eerlijke en voorspelbare manier.

5. Moedig participatie aan: Betrek leerlingen in het proces van regels stellen en keuzes maken.

6. Gebruik positieve bekrachtiging: Complimenteer en beloon goed gedrag en prestaties om gewenst gedrag te versterken.

Voorbeeld in praktijk

Fifa de neoliberale machine

"FiFA functioneert als een neoliberale machtsstructuur waarin economische winst primeert en mensenrechten worden gereduceer...