Søren Kierkegaard wordt voornamelijk gezien als een
filosoof, maar zijn werk heeft diepe psychologische implicaties en is van groot
belang geweest voor de ontwikkeling van de moderne psychologie. Zijn inzichten
in het menselijke bestaan, het zelf, de emoties en de psychologische dimensies
van keuze en vrijheid hebben invloed gehad op zowel de existentiële psychologie
als op psychologen die geïnteresseerd zijn in het individu en diens innerlijke
strijd.
Kierkegaard en de
Psychologie van het Zelf
Kierkegaard beschouwde de mens als een complex en
dynamisch wezen, dat voortdurend in conflict is met zichzelf. In zijn werk
richtte hij zich vaak op de innerlijke strijd en de psychologische
worstelingen van individuen die zoeken naar betekenis in een wereld vol
onzekerheid en keuzes. In zijn filosofie kunnen we een aantal psychologische
thema's herkennen die centraal staan in de existentiële en psychologische
theorieën die later volgden.
1. Het Zelf en de Innerlijke
Tegenstellingen
Kierkegaard benadrukte de tegenstelling tussen
verschillende aspecten van het zelf. Hij zag het zelf niet als een eenduidig,
vast gegeven, maar als een proces van voortdurende keuze en zelfdefinitie. In
zijn werk De Ziekte tot de Dood beschreef hij de innerlijke strijd van
het zelf als een conflict tussen verschillende verlangens, verlangens naar
zelfbevestiging, en de confrontatie met de eindigheid van het bestaan. Deze
spanning tussen verschillende aspecten van het zelf — bijvoorbeeld het
verlangen naar vrijheid tegenover het verlangen naar zekerheid — is een
belangrijk psychologisch thema. Het idee van "de onvrede met het
zelf" (self-disgust) kan worden gezien als de voortdurende strijd
tussen wat we zijn en wat we zouden willen zijn.
2. Angst en Zelfbewustzijn
In zijn beroemde werk De Concept van Angst
beschreef Kierkegaard angst als de ervaring die het individu confronteert met
de vrijheid van keuze en de onzekerheid die deze vrijheid met
zich meebrengt. Hij legde een diepgaande verbinding tussen angst en
zelfbewustzijn: de bewustwording van de vrijheid en de verantwoordelijkheid
voor je keuzes roept angst op. Dit psychologische inzicht is belangrijk, omdat
het de rol van angst in de psychische ontwikkeling en in de relatie tot het
zelf benadrukt. Angst is niet alleen een reactie op externe dreigingen, maar
ook een signaal van de confrontatie met de innerlijke onvolkomenheid en de
angst voor de mogelijkheid van het niet-zijn of de existentiële leegte.
3. De Sprong van Geloof en
Psychologische Transformatie
Kierkegaard legde de nadruk op de sprong van
geloof als een existentiële keuze die niet rationeel te verklaren is, maar
die een diep psychologische transformatie teweegbrengt. Deze sprong kan worden
gezien als een psychologische verandering van het ego, waarbij het individu
zijn vertrouwen volledig stelt in iets dat buiten de grenzen van menselijke
ervaring ligt, zoals God of een hoger principe. Dit idee van een radicale
existentiële keuze heeft overeenkomsten met bepaalde psychologische theorieën
van verandering en zelftransformatie, waarbij mensen soms een moment van
radicale keuze ervaren dat hen uit een stagnatie of psychologisch conflict
haalt.
Kierkegaard en
Psychologische Strijd: Angst, Schuld en Zonde
In zijn werk was Kierkegaard sterk gefocust op de psychologische
ervaring van schuld, zonde en vergeving. Hij geloofde dat de ervaring van
schuld en de erkenning van zonden fundamenteel waren voor het psychologisch
welzijn van een individu, aangezien deze ervaringen mensen confronteren met hun
eigen falen en kwetsbaarheid. Tegelijkertijd stelde hij dat vergeving en
zelfacceptatie essentieel waren voor de transformatie van het zelf.
1. Schuld en
Verantwoordelijkheid
Kierkegaard was ervan overtuigd dat de mens
voortdurend worstelt met de psychologische druk van verantwoordelijkheid.
In zijn werk Angst stelde hij dat de ervaring van schuld in feite
voortkomt uit de confrontatie met de vrijheid om te kiezen. Het idee van
vrijheid en verantwoordelijkheid kan een angstige ervaring zijn, omdat het
individu zich bewust wordt van de gevolgen van zijn keuzes en de mogelijkheid
om fouten te maken. Dit kan leiden tot gevoelens van schuld, maar ook tot de
mogelijkheid van herstel en groei als men deze verantwoordelijkheid
daadwerkelijk aanvaardt.
2. Zonde en Zelfkwelling
De ervaring van zonde, volgens Kierkegaard, is
psychologisch gezien een diepe innerlijke pijn die ontstaat uit het gevoel van
gescheiden zijn van het hogere of het goddelijke. Deze ervaring van zonde
is niet alleen een morele kwestie, maar heeft ook een diepe psychologische
dimensie: het is de ervaring van niet-zelf zijn, van vervreemding van het eigen
ware zelf. Het zelf voelt zich verdeeld en leeft in zelfkwelling, omdat het in
de afwezigheid van zelfverwerkelijking verkeert. De psychologische uitdaging is
dan om deze zonde te overwinnen door middel van vergeving en geloof,
wat kan leiden tot een herstel van de psychologische integriteit van het zelf.
Kierkegaard's Invloed op de
Psychologie
Hoewel Kierkegaard geen psycholoog in de moderne
zin van het woord was, heeft zijn werk invloed gehad op latere psychologen,
vooral in de context van existentiële psychologie en humanistische
psychologie. Zijn nadruk op het zelf, vrijheid, verantwoordelijkheid, en de
rol van angst en zonde in de ontwikkeling van het zelf vond weerklank
bij denkers zoals Rollo May, Irvin D. Yalom en Carl Rogers,
die allen geïnteresseerd waren in hoe mensen omgaan met de existentiële
uitdagingen van het leven, zoals vrijheid, verantwoordelijkheid, en de
zoektocht naar betekenis.
- Rollo May
bijvoorbeeld, een invloedrijke figuur in de existentiële psychologie, had
grote bewondering voor Kierkegaard en gebruikte zijn ideeën over angst als
uitgangspunt voor zijn eigen werk over de menselijke ervaring van vrijheid
en keuze.
- Irvin D. Yalom, bekend van zijn werk in de existentiële
psychologie, verwees vaak naar Kierkegaard, vooral in zijn bespreking van
de confrontatie met de dood en het zoeken naar betekenis in een zinloze
wereld.
Conclusie
Kierkegaard’s werk biedt dus waardevolle
psychologische inzichten die niet alleen filosofisch van aard zijn, maar ook
diep resoneren met de psychologische ervaringen van individuen. Zijn ideeën
over angst, zelfbewustzijn, verantwoordelijkheid en de innerlijke strijd bieden
een krachtig kader voor het begrijpen van de menselijke psyche. Hoewel
Kierkegaard geen psycholoog was, kan zijn werk zeker worden gezien als een
voorloper van veel ideeën die later zouden worden onderzocht in de psychologie
van de 20e en 21e eeuw.


Geen opmerkingen:
Een reactie posten